Geld is een beetje als water. Het stroomt. Water is van essentieel belang voor de ontplooiing van het menselijk leven. Het is een substantie die van bovenaf op ons neer regent. De mysteries van het water worden geopenbaard door het werk van de onderzoekers zoals Dr Masaru Emoto.
We weten dat water zijn vitaliteit verliest wanneer het niet stroomt. Het wordt statisch. De geheimen van geld kunnen zich ook openbaren als we geld zien als een stroom in plaats van iets statisch. Een tien euro biljet is op zich statisch: Het is een ding – een object – iets dat een waarde vertegenwoordigt. Stromend geld is nodig voor de gezonde ontplooiing en het behoud van het religieuze leven. In wezen moet de stroom voortkomen uit een dankbaar hart. En zo goed als het door en bij ons stroomt, zo kan het ook terugkeren in zijn stromend element.
Geld wordt gezond door de bijbehorende gedachte en het gebaar waarmee het gegeven wordt. Geld dat gegeven wordt uit ergernis is ongezond geld.
Geld en het religieuze leven
Geld heeft te maken met het economische leven – niet het religieuze leven. Maar binnen het religieuze leven ontstaan economische behoeften om het religieuze leven mogelijk te maken. Als we een kerk bouwen als onderdeel van ons religieuze leven dan hebben we geld nodig. Het gebouw moet worden gekocht, onderhouden, verwarmd, enzovoort.
Ook hebben we mensen nodig die bereid zijn om als priesters het religieuze leven van anderen te ondersteunen en te vergemakkelijken. Ze moeten worden gekleed, gehuisvest, gevoed om hun werkzaamheden te kunnen uitvoeren. Uiteraard hebben ze geld nodig om in religieuze zin te kunnen werken.
Omdat de Christengemeenschap voornamelijk actief is binnen de geestelijke-culturele sfeer van de samenleving, is het niet normaal om geld te ontvangen door middel van economische activiteiten We kunnen geen inschrijfgeld berekenen, of een prijs vaststellen voor een doop, huwelijk of begrafenis.
Het leven zou natuurlijk een beetje duidelijker en gemakkelijker zijn als dit wel mogelijk was!
Het principe dat moet worden aangehouden in het geestelijk-culturele leven is ‘vrijheid’. Het is het gebied waar we echt vrijheid kunnen ervaren – en waar we het geld kunnen ‘bevrijden’.
In het ideale geval moet al het geld dat binnenstroomt in het religieuze gebied in vrijheid zijn gegeven. We bevrijden het geld als we het laten stromen in de geestelijk-cultureel-religieuze sfeer. Daar kan het vrij worden opgenomen voor de ontwikkeling van de menselijke geest.
De Christengemeenschap is opgebouwd uit individuele mensen. Door het sacramentele karakter van de Christengemeenschap, is het nodig om opgeleide en gewijde priesters te hebben die zich fulltime kunnen wijden aan hun taak. Het is een vrij samenkomen van personen dat wordt ondersteund door een priesterschap van vrouwen en mannen; zij zijn gewijd om de christelijke sacramenten en diensten in hun vernieuwde moderne vorm en inhoud aan te bieden als een geschenk aan degenen wiens lot hen in staat stelt om het te ontvangen.
Door op deze manier de spirituele inhoud van het christendom in de wereld te ontvangen, wordt aan mensen een opening geboden waardoor ze in vrijheid tot kennis en ervaring kunnen komen van de levende aanwezigheid van de herrezen Christus. Gemeenschap in Christus met anderen komt voort uit dit proces.
Bijdragen aan de Lukaskerk
Samen verzorgen we de materiële bedding om de mensenwijdingsdienst te blijven voltrekken
Leden en belangstellenden maken met hun bijdragen duidelijk dat zij gezamenlijk de Christengemeenschap in stand willen houden en verder ontwikkelen. Haar voornaamste bron van inkomsten is schenkgeld. Daarnaast verrichten leden en belangstellenden veel vrijwilligerswerk om de sacramenten in praktische zin te kunnen laten plaatsvinden. Rekening houdend met ieders eigen verantwoordelijkheidsgevoel, vraagt de Christengemeenschap geen vaste bijdrage, maar vraagt de leden om naar vermogen bij te dragen. De inkomsten van de gemeenten bestaan uit de regelmatige bijdragen van leden en belangstellenden.
Met deze inkomsten betalen de gemeenten de lopende kosten van de gemeentehuishouding, die bestaan uit: de toelagen voor de geestelijken (Toelagenkas), de beroepskosten van de geestelijken in de gemeente, onderhoud van de kerk, de energiekosten, druk‐ en portokosten etc. De inkomsten worden ook gebruikt om te voldoen aan gemeenschappelijke verplichtingen, zowel landelijk (de Gezamenlijke Kas) als internationaal (bijdrage aan de Foundation). Meer informatie over de uitgaven en inkomsten is op te vragen bij de penningmeester.
Zowel landelijk als per gemeente kunnen we ons verheugen op financiële bijdragen via nalatenschappen. Er is landelijk een vouwblad opgesteld over testamenten en erflatingen. Daarin worden de verschillende mogelijkheden beschreven. U kunt dit vouwblad opvragen via deze link
De financiële folder kunt u opvragen via deze link;
Het toezeggingsformulier voor de bijdrage voor 2024 kan als word document worden opgevraagd.